Deel 44 bevat vormonderdelen voor het versterken van kluisgaten, boeg en voorsteven. Bovendien ontvangt u houten latten voor het beplanken van het bovenste batterijdek. Dit wordt in deel 45 beschreven.
Versterken van de boeg en de voorsteven – U hebt de onderdelen 74, 75, 76, de latten van 1 x 5 mm en van 12 x 5 mm en het rondhout van 4 mm van aflevering 43 nodig.
Nadat u alle berghouten hebt aangebracht, monteert u de onderdelen 74, 75 en 76 ter versterking van de boeg en de voorsteven. Snijd twee gelijke stukken van 55 mm lang van een lat van 1 x 5 mm. Lijm de twee latjes tussen het onderste en middelste berghout. Tussen de twee latten blijft een kleine spleet. Sluit het achterste uiteinde van de spleet met een klein stukje lat. De rest van de spleet wordt later met beplanking afgedekt.
Houd een van de onderdelen 74 op zijn plaats. Schuur zoveel van de achterste rand af tot de gaten precies samenvallen met de gleuven in de voorsteven. Daarna het onderdeel met houtlijm bevestigen en met behulp van klemmen op zijn plaats houden.
Houd één van de galjoensknieën (onderdeel 75) tegen het midden van het middelste berghout en de versterkingsplaat die u net hebt aangebracht. Misschien moet u de rechte kant van de knie wat afschuren, zodat hij naadloos aansluit op de versterkingsplaat 74. Schuin de ronde binnenkant van de knie zo nodig af, zodat hij perfect tegen het berghout aan zit. Wanneer alles goed past, bevestigt u de galjoensknie met houtlijm.
Breng een lat van 1 x 5 mm aan onder de galjoensknie. In de bouwhandleiding is te zien hoe de lengte van deze lat wordt bepaald (pagina 11, afbeelding 8). Daarna nog twee latten onder de eerste met houtlijm en spijkers bevestigen. Zodra de lijm droog is, kunt u de spijkers helemaal verwijderen of de koppen afknippen en de schachten van de spijkers dieper in het hout drukken (zoals bij de rompbeplanking). Dan de aangebrachte latten glad schuren.
Ga met de tweede onderste galjoensknie te werk zoals bij de eerste. Op zijn plaats houden, zonodig door schuren aanpassen, daarna met houtlijm bevestigen. Zodra de lijm droog is, een stalen liniaal tegen de uiteinden van de galjoensknieën houden en met een scherp mesje een inkeping over de drie latten maken. Snijd eventuele uitstekende delen van de latten voorzichtig en glad af. Let op de beplanking van de eronder liggende romp. Gebruik een nieuw scherp mesje. Met een bot lemmet oefent u te veel druk uit, zodat u al gauw te diep in het hout snijdt en dan de eronder liggende beplanking kunt beschadigen.
Nadat de versterkingen aan de ene kant van het model zijn aangebracht, herhaalt u de montagestappen aan de andere kant.
De kluisgaten voor de ankertrossen – hierdoor lopen de ankertrossen in de romp. Het kluishout (76) dient ter versterking van de nog te boren kluisgaten. Het wordt midden op de onderste van de drie planken tussen de twee galjoensknieën geplaatst. Voordat u het kluishout met houtlijm bevestigt, schuint u eerst de binnenzijde af om het aan de ronding van de romp aan te passen.
Zodra het kluishout niet meer kan verschuiven, worden de kluisgaten met een boor van 3 mm geboord, zoals in de bouwhandleiding te zien. Daarna herhaalt u de montagestappen voor de kluisgaten aan de andere kant van het model.
Versterking van de voorsteven – Vanaf de voorkant van de galjoensknie lopen twee schoren langs de gebogen voorsteven (snavel) omhoog. U maakt deze van dunne latten, die bewerkt en in vorm worden gebogen.
Zet ter hoogte van de richel een markering op 7 mm afstand van de voorkant van de voorsteven.
U hebt twee stukken lat van 2 x 5 mm nodig, van 80 resp. 90 mm lang. Verjong beide latten aan een uiteinde tot 3 mm.
De twee latten kunt u het beste met een elektrische plankbuiger in vorm brengen. Een buigtang laat lelijke afdrukken achter in het hout. Buig de korte strook zodanig dat hij een lichte bocht maakt van de onderste galjoensknie tot boven aan de potloodmarkering. Het onderste moet dusdanig worden bewerkt dat het in de galjoensknie overgaat. Het bovenste uiteinde wordt schuin naar achteren afgeschuind.
Ga op dezelfde wijze te werk met de langere bovenste strook. Ook hier wordt het bovenste uiteinde, dat heel dicht bij de achterkant van de snavel moet zitten, afgeschuind. Het onderste uiteinde gaat over in de bovenste galjoensknie.
Snijd 3 mm van het 4 mm rondhout (met deel 43 geleverd) af. Dit kleine stuk aan één kant plat afschuren en het vervolgens met de vlakke zijde aan de voorkant van de bovenste strook aanpassen. Het moet er zo uitzien alsof de strook van boven naar beneden wordt afgerold.
Nadat de ene kant van de voorsteven van deze dunne versterkingen is voorzien, herhaalt u de montagestappen aan de andere kant van het model.
Nu ontbreekt nog het derde gat in de gebogen snavel van de voorsteven. Boor dit gat met een boor van 3 mm. De afstanden tussen de gaten moeten gelijk zijn. Het nieuwe gat zit vlakbij de onderste strook. Het is raadzaam om de positie van het gat eerst te markeren en met een kleinere boor voor te boren.
Deel 45 bevat de dekbalken en de beplanking voor het bovenste batterijdek. Bovendien vindt u in deze aflevering de onderdelen van het roer (stuurwiel) van het model. De beplanking van het dek wordt in deel 46 voortgezet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten